Wijziging BPF Detailhandel definitief per 06-10-2020

6 oktober 2020

De voorgenomen wijziging is per 06-10-2020 definitief geworden en betreft alleen de eindleeftijd voor de Drankenindustrie

De eindleeftijd voor de verplichte deelname aan BPF Detailhandel is voor nagenoeg alle groepen werknemers 67 jaar. Uitzondering daarop is de groep werknemers in de Drankenindustrie. Deze werknemers bouwden tot 01-01-2019 het pensioen op in een eigen pensioenfonds (BPF Drankenindustrie). In die verplichtstelling was bepaald, dat de verplichtstelling tot 67 jaar van kracht was. Met de fusie tussen BPF Drankenindustrie en BPF Detailhandel is in de nieuwe verplichtstelling opgenomen, dat de eindleeftijd voor de werknemers in de Drankenindustrie 68 jaar is.  
Met de huidige voorgenomen wijziging wordt dit weer rechtgetrokken en zijn ook de werknemers in de Drankenindustrie die ouder dan 67 zijn, niet meer verplicht deelnemer aan het BPF Detailhandel.   

6-10-2020: Per vandaag is de aangepaste werkingssfeer van toepassing, zonder terugwerkende kracht. Dat betekent, dat werknemers in de Drankenindustrie die 67 jaar zijn, voortaan geen verplicht deelnemer meer zijn aan het BPF. Dit betekent overigens niet automatisch, dat een werknemer van 67 per vandaag geen pensioen meer hoeven op te bouwen! Daarvoor is het handig om eerst te kijken wat er is opgenomen in de arbeidsovereenkomst.  
door Ronald Hut MPLA 19 september 2022
Vanaf 01-01-2023 vervalt de verplichtstelling voor mortelbedrijven
door Ronald Hut 23 december 2021
BPF Landbouw breidt werkingssfeer uit na verloren uitspraak Hof Den Bosch
door Ronald Hut MPLA 13 september 2021
Verplichtstelling voor Vletterlieden IJmuiden per 01-09-2021 ingetrokken
door Ronald Hut MPLA 27 augustus 2021
Vanaf 01-01-2025 is de verplichtstelling niet meer van kracht
door Ronald Hut MPLA 28 mei 2021
Zwemscholen expliciet opgenomen, ongeacht omvang
door Ronald Hut MPLA 7 januari 2021
Per 01-01-2021 zijn er nog 41 verplicht gestelde bedrijfstakpensioenfondsen over
door Ronald Hut MPLA 13 november 2020
Vanaf 01-01-2021 is de nieuwe verplichtstelling voor de uitzendbranche van kracht. Dit heeft met name gevolgen voor payroll ondernemingen. Deze bedrijven zijn vanaf 01-01-2021 uitgesloten van de verplichte deelname aan Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten (Stipp). Hierbij geldt een belangrijke kanttekening. Alleen bedrijven die zich UITSLUITEND bezighouden met payrolling zijn niet verplicht zich aan te sluiten bij Stipp. Bedrijven die naast payroll medewerkers ook werknemers uitzenden of detacheren, vallen nog steeds onder de verplichtstelling en zijn dan ook nog steeds verplicht zich aan te melden bij Stipp. De verplichtstelling is alleen van toepassing op werkgevers die voor ten minste 50% van het premieplichtig loon personeel ter beschikking stellen in de zin van art. 7:690 BW. Onder het 50% criterium vallen ook de payroll medewerkers! De verplichtstelling geldt alleen voor de uitzendkrachten en niet voor de payroll medewerkers. Ga je als payrollbedrijf één werknemer detacheren of uitzenden, dan valt die werknemer onder de werkingssfeer van Stipp en de payrollmedewerkers niet. Er dient dus gekeken te worden naar het onderscheid tussen uitzenden en payrolling. Het voornaamste verschil zit in de werving en selectie. Wordt de W&S door de formele werkgever gedaan, dan is er sprake van uitzenden (/detacheren) en vindt de W&S plaats bij de opdrachtgever (daar waar feitelijk het werk wordt verricht), dan is er sprake van payrolling. Het wordt er hiermee niet eenvoudiger op voor zowel de werkgever als de adviseur. Als adviseur moet je goed nagaan, of er sprake is van uitzenden of van payrolling. Daarvoor moet je goed op de hoogte zijn van de verschillen tussen deze twee vormen (en er zijn meer verschillen dan W&S). Als werkgever moet je per werknemer gaan beoordelen of de werknemer onder de verplichtstelling valt of juist niet. De belangen zijn hierbij groot. Meld je een werknemer NIET aan bij Stipp, terwijl dat wel zou moeten, dan is de bestuurder van de onderneming in privé aansprakelijk te stellen. Heb je een payroller aangemeld bij Stipp, dan voldoe je waarschijnlijk niet aan de eisen van een "adequate pensioenregeling". Een goed en doorlopend onderzoek is hierbij van cruciaal belang!
door Ronald Hut MPLA 10 november 2020
Op 10 november is in de Staatscourant een mededeling van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid gepubliceerd, dat het georganiseerde bedrijfsleven in de Houtverwerkende industrie niet heeft aangetoond, dat ze een belangrijke meerderheid van werkzame mensen in de branche vertegenwoordigen. Dit is een voorwaarde om een verplichtstelling te kunnen behouden. Er is nu een termijn van twee jaar om alsnog aan te tonen dat deze meerderheid wel wordt vertegenwoordigd.
door Ronald hut MPLA 8 oktober 2020
De verplichtstellingen van alle bedrijfstakpensioenfondsen staan al even op BPF-onderzoek.nl en na vandaag staan ook alle verplichtstellingen van de beroepspensioenfondsen op de site. De verplichtstellingen voor beroepspensioenfondsen zijn in twee groepen te splitsen. Aan de ene kant hebben we de medische sector met de huisartsen, medisch specialisten, verloskundigen, dierenartsen, apothekers en de fysiotherapeuten. Aan de andere kant hebben we diverse groepen in de havens, zoals de loodsen, roeiers in het Rotterdamse havengebied en de Vletterlieden in het havengebied en de sluizen van IJmuiden.
door Ronald hut MPLA 8 oktober 2020
De enige wijziging die wordt doorgevoerd in de verplichtstelling, is dat huisartsen in opleiding voortaan ook onder de werkingssfeer vallen. Huisartsen in opleiding zijn in loondienst van SBOH en ze hebben (sinds 2014) een eigen ondernemingspensioenfonds. Dit fonds heeft nu aansluiting gezicht bij het pensioenfonds voor de huisartsen.
Meer posts
Share by: